Pensioenstelsels

Welke pensioenstelsels zijn er? Hoe onderscheiden zij zich van elkaar? Wie is onderworpen? Wat moet ik verstaan onder "gemiddeld pensioen"?

Pensioenstelsels

Er zijn 3 wettelijke pensioenstelsels die elk hun eigen financiering hebben:

1. Pensioenstelsel voor werknemers:

Dit stelsel regelt de rustpensioenen ten voordele van de werknemers die als loontrekkende in België te werk gesteld waren met een arbeidsovereenkomst en de overlevingspensioenen van hun rechtverkrijgenden na het overlijden. Ook de contractuele ambtenaren vallen onder deze definitie van werknemer en bouwen daarom pensioenrechten op in dit stelsel. De pensioenuitgaven zijn ten laste van het globaal beheer van de sociale zekerheid voor werknemers en worden gefinancierd door werkgevers- en werknemersbijdragen. Daarnaast vloeien ook de andere middelen zoals overheidstoelagen, inkomsten uit de alternatieve financiering en andere toegewezen inkomsten naar het globaal beheer.

2. Pensioenstelsel voor zelfstandigen:

Dit stelsel regelt de rustpensioenen ten voordele van de zelfstandigen en vrije beroepen en de overlevingspensioenen van hun rechtverkrijgenden na het overlijden. De pensioenuitgaven zijn ten laste van het globaal beheer van de sociale zekerheid voor zelfstandigen en worden gefinancierd door bijdragen. Daarnaast vloeien ook de andere middelen zoals overheidstoelagen, inkomsten uit de alternatieve financiering en andere toegewezen inkomsten naar het globaal beheer.

3. Pensioenstelsel voor ambtenaren:

Dit stelsel regelt de rustpensioenen ten voordele van de vastbenoemde ambtenaren en van andere personeelsleden met een wettelijk gelijkgestelde benoeming en de overlevingspensioenen van hun rechtverkrijgenden na het overlijden. Magistraten, politieambtenaren, militairen, onderwijspersoneel, lokale en provinciale ambtenaren en sommige personeelsleden van overheidsbedrijven kunnen, als ze vastbenoemd zijn, aanspraak maken op een pensioen ten laste van dit stelsel. De pensioenuitgaven zijn gedeeltelijk ten laste van persoonlijke bijdragen maar vooral van verschillende financieringssystemen van de overheid (Staatskas, Pool der Parastatalen, Gesolidariseerd pensioenfonds van de lokale en provinciale besturen, e.a.).

Wie is onderworpen?

Wie een beroepsactiviteit uitoefent in België in één van deze statuten, bouwt naargelang zijn activiteit pensioenrechten op in deze stelsels. Meer en meer is er sprake van gemengde loopbanen. Dit betekent dat eenzelfde persoon al dan niet ononderbroken verschillende achtereenvolgende of gelijklopende beroepsactiviteiten uitoefent waardoor deze pensioenrechten opbouwt in meerdere stelsels.

Cijfermateriaal

In 2021 werden maandelijks 4,1 miljoen pensioenrechten uitgekeerd aan 2,5 miljoen gepensioneerden. In mei wordt vakantiegeld uitgekeerd.

De pensioenrechten waren als volgt verdeeld over de 3 pensioenstelsels:

Samenvatting

In 2021 werden 4,1 miljoen pensioenrechten als volgt verdeeld:

  • 2,7 miljoen pensioenrechten of 66,46 % vallen ten laste van het pensioenstelsel voor werknemers. De totale pensioenuitgaven die hiermee samenhangen, bedragen 30,4 miljard euro of 58,98 % van de totale pensioenuitgaven. Daarmee is dit pensioenstelsel het grootste wettelijk pensioenstelsel.
  • 0,8 miljoen pensioenrechten of 19,08 % vallen ten laste van het pensioenstelsel voor zelfstandigen. De totale pensioenuitgaven die hiermee samenhangen, bedragen  4,2 miljard euro of 8,10 % van de totale pensioenuitgaven. 
  • 0,6 miljoen pensioenrechten of 14,47 % vallen ten laste van het pensioenstelsel voor ambtenaren. De totale pensioenuitgaven die hiermee samenhangen, bedragen 17,0 miljard euro op jaarbasis of 32,92 % van de totale pensioenuitgaven. Daarmee heeft dit pensioenstelsel het kleinste aantal pensioenrechten, maar biedt het verhoudingsgewijs de beste bescherming.

Opgelet! Eenzelfde persoon kan meerdere pensioenrechten ontvangen ten laste van meerdere pensioenstelsels. 
 

Details per stelsel

1.    Pensioenstelsel voor werknemers

In 2021 bedroegen de pensioenuitgaven (zonder rekening te houden met het vakantiegeld)  28,9 miljard euro, 15,3 miljard euro of 52,99 % wordt uitbetaald aan een man. 13,6 miljard euro of 47,01 % wordt uitbetaald aan een vrouw. 

Een opdeling per pensioentype geeft een ander beeld:

  • De rustpensioenen bedragen 24,2 miljard euro of 83,85 % van de totale pensioenuitgaven van dit stelsel. Daarvan wordt 15,2 miljard euro of 62,81 % aan mannen betaald en 9,0 miljard euro of 37,19 % aan vrouwen.  
  • De overlevingspensioenen bedragen  4,7 miljard euro of 16,15 % van de totale pensioenuitgaven van dit stelsel. Daarvan wordt 93 miljoen euro of 1,98 % aan mannen betaald en 4,6 miljard euro of 98,02 % aan vrouwen. 

 

2.    Pensioenstelsel voor zelfstandigen

In 2021 bedroegen de pensioenuitgaven 4,2 miljard euro, 2,5 miljard euro of 60,76 % wordt uitbetaald aan een man. 1,6 miljard euro of 39,24 % wordt uitbetaald aan een vrouw. 

Een opdeling per pensioentype geeft een ander beeld:

  • De rustpensioenen bedragen 3,3 miljard euro of 78,53 % van de totale pensioenuitgaven van dit stelsel. Daarvan wordt 2,5 miljard euro of 77,21 % aan mannen betaald en 747 miljoen euro of 22,79 % aan vrouwen. 
  • De overlevingspensioenen bedragen 897 miljoen euro of 21,47 % van de totale pensioenuitgaven van dit stelsel. Daarvan wordt 5 miljoen euro of 0,58 % aan mannen betaald en 891 miljoen euro of 99,42 % aan vrouwen.  

 

3.    Pensioenstelsel voor ambtenaren

In 2021 bedroegen de pensioenuitgaven (zonder rekening te houden met het vakantiegeld) 16,9 miljard euro. 9,2 miljard euro of 54,35 % wordt uitbetaald aan een man. 7,7 miljard euro of 45,65 % wordt uitbetaald aan een vrouw. 

Een opdeling per pensioentype geeft een ander beeld:

  • De rustpensioenen bedragen  15,3 miljard euro of 90,56% van de totale pensioenuitgaven van dit stelsel. Daarvan wordt 9,1 miljard euro of 59,51% aan mannen betaald en  6,2 miljard euro of 40,49% aan vrouwen. 
  • De overlevingspensioenen bedragen 1,6 miljard euro of 9,44% van de totale pensioenuitgaven van dit stelsel. Daarvan wordt  77 miljoen euro of 4,84% aan mannen betaald en 1,5 miljard euro of 95,16% aan vrouwen. 

Belangrijke opmerking:

De pensioenuitgaven van het ambtenarenstelsel in de huidige versie van PensionStat.be zijn beperkt tot de uitgaven van de Federale Pensioendienst (FPD). Er zijn nog andere voorzorginstellingen die om historische redenen wettelijke ambtenarenpensioenen bij de lokale besturen toekennen en betalen. In een latere fase van PensionStat.be zullen deze ontbrekende cijfers aangevuld worden op basis van de aangiften in het pensioenkadaster dat door de FPD beheerd wordt.
 

 

 

Methodologie

Downloads

2021
PDF