Publicaties
Dit rapport toont dat de minimumregelingen (de minimumpensioenen alsook het minimumrecht per loopbaanjaar) en de gelijkgestelde periodes de pensioenongelijkheid tussen mannen en vrouwen verminderen. Als we veronderstellen dat er geen minimumregelingen bestaan, dan zou de pensioenkloof 37% bedragen in plaats van 31%. Veronderstellen we dat de gelijkgestelde periodes niet langer worden toegekend, dan zou de kloof 43% bedragen in plaats van 31%.
Dit rapport gaat na wat het belang is van de overlevings- en echtscheidingspensioenen in het wettelijk pensioeninkomen van vrouwen en mannen alsook in welke mate deze afgeleide pensioenrechten de pensioenkloof tussen vrouwen en mannen verkleinen. De resultaten uit dit rapport zijn een aanvulling op de cijfers over de pensioenkloof die zijn terug te vinden op 'Gender & Pensioen'.
Net zoals in de vorige legislaturen, neemt de regering nieuwe maatregelen om het hoofd te kunnen bieden aan de stijgende pensioenfactuur. Om deze maatregelen te onderbouwen moeten beleidsmakers beschikken over gedetailleerde informatie over de loopbanen van recent en toekomstig gepensioneerden. Dit rapport, gerealiseerd door de KU Leuven en het Federaal Planbureau op vraag van Sigedis, presenteert actuele statistieken over de loopbanen van recent en toekomstig gepensioneerden die hebben gewerkt als werknemer.
In 2021 vierde de Inkomensgarantie voor Ouderen (IGO) haar 20ste verjaardag. Een goede gelegenheid voor de Federale Pensioendienst, die de rechten en bestaansmiddelen onderzoekt en het bedrag van de uitkering bepaalt en uitbetaalt, om zich over bepaalde cijfers in verband met deze bijstandsregeling te buigen.
Vanaf 1 januari 2030 mogen de aanvullende pensioenen van de arbeiders en werknemers die zich in een vergelijkbare situatie bevinden niet meer verschillend worden behandeld. De wet van 15 mei 2014 brengt aanpassingen in deze zin aan in de Wet op de Aanvullende Pensioenen (WAP).
Op verzoek van de Nationale Arbeidsraad heeft Sigedis onderzocht hoe groot de nog bestaande kloof is en hoeveel werk er nog moet worden geleverd. Deze studie geeft een stand van zaken voor de sectorpensioenplannen en maakt een inschatting van de kostprijs om arbeiders en bedienden te harmoniseren.